Tag: Dialectkaart

  • Woord van de week: blaauw & blauw

    Woord van de week: blaauw & blauw

    Er zijn drie woorden waaraan je direct kunt horen of iemand uit de westelijke of oostelijke Langstraat komt: in Waalwijk, Kaatsheuvel en de plaatsen ten westen daarvan zeggen ze blaauw, laauw en flaauw met een lange aa, terwijl ze in Drunen, Loon op Zand en ten oosten daarvan blauw, lauw…

  • Woord van de week: rèège(n)

    Woord van de week: rèège(n)

    Zoals overal in de Langstraat dezelfde regen valt, wordt regen overal rèège(n) genoemd. Het bijbehorende werkwoord is rèègene, al hoorde je vroeger ook wel rèègele, rengele en rengene.

  • Woord van de week: schetse & schòtse

    Woord van de week: schetse & schòtse

    ’t Is nog gen weer gewist om te schetse. Als ze dat in de westelijke Langstraat zeggen, dan bedoelen ze niet dat ze nog niet hebben kunnen tekenen, maar dat het nog geen schaatsweer is geweest. In het oosten wordt de vorm schòtse gebruikt – en die heeft dan weer niks met…

  • Uitdrukking van de week: k(w)aoi weer

    Uitdrukking van de week: k(w)aoi weer

    In de noordelijke strook van de Langstraat zeg je kwaoi weer als je het over slecht weer hebt, maar in de wat zuidelijkere plaatsen Kaatsheuvel en Loon op Zand is het heel ander weer: kaoi weer. Daar doen ze mee met het zuiden van Midden-Brabant.

  • Dialectkaart: droôg & dreûg

    Dialectkaart: droôg & dreûg

    ’t Heej in jannewaorie veul gerèègend, mer vandaog waar ’t dreûg. In het grootste deel van de Langstraat zeg je dreûg, behalve in het westen: voorbij Capelle doen ze mee met West-Brabant en zeggen ze droôg. Bekijk het kaartje om meer te weten te komen. Zie ook onze pagina over…

  • Uitdrukking van de week: in de wenterdag / winterdag / wèènterdag

    Uitdrukking van de week: in de wenterdag / winterdag / wèènterdag

    In onze dialecten kun je zeggen in de wenter, ’s wenters maar met dezelfde betekenis ook in de wenterdag. In plaats van wenter zeggen ze in bepaalde delen van de Langstraat winter of wèènter. Kijk op de kaart om te zien waar.

  • Dialectkaart: nij & nieuw

    Dialectkaart: nij & nieuw

    Koop jij weleens ‘ne nije jas of ‘ne nieuwe jas? Dat ligt er maar net aan waar je vandaan komt én hoe conservatief je dialectgebruik is. Aan het begin van de 20e eeuw zei een oostelijk deel van de Langstraat nij en het westen nieuw. Door de invloed van het…

  • Woord van de week: rijve / raive / rèève

    Woord van de week: rijve / raive / rèève

    Wist je dat je ’s winters beter geen bladeren kunt rijve, raive of rèève? Onder een hoop bladeren slapen namelijk de koninginnen van bijen en hommels. (En spaoie is ook niet zo goed: ze zitten ook vaak net onder de grond.) Kijk op de kaart om erachter te komen waar…

  • Dialectkaart: moei, muuj, muu & múúg

    Dialectkaart: moei, muuj, muu & múúg

    In heel de Langstraat zijn we weleens moe, maar hoe we dat zeggen, verschilt nogal. In het midden en het oosten is het muuj, behalve in Waalwijk, waar ze de j-klank weglaten, al doen de wat jongere dialectsprekers in de muuj-plaatsen dat ook wel. De drie westelijke plaatsen sluiten aan…

  • Woord van de week: koud ~ kouwe / kaauwe

    Woord van de week: koud ~ kouwe / kaauwe

    Het was vandaag een koude dag – of zoals je op z’n Langstraats zegt: ‘ne kouwen dag (in het westen) of ‘ne kaauwen dag (vanaf Capelle naar het oosten).

  • Dialectkaart: vis & vies

    Dialectkaart: vis & vies

    Waar kun je vies eten en toch smullen? In Sprang, Kaatsheuvel en Waalwijk! Want daar zeggen ze vies tegen een vis. Niet omdat ze vis vies vinden, maar doordat de i er in een ie is veranderd als er een s op volgt. Zo zeggen ze daar ook dat het…

  • Woord van de week: bakske / bekske

    Woord van de week: bakske / bekske

    Het woord van week 1 is bakske · bekske (kopje koffie (of thee)). Kijk op de kaart om erachter te komen in welke plaats welke vorm gebruikt wordt en waar dat verschil vandaan komt.

  • Dialectkaart: koekske & kuukske

    Dialectkaart: koekske & kuukske

    Heb je met de kerst veel koekskes of kuukskes gegeten? Dat ligt eraan welk dialect je spreekt. In het westen van de Langstraat is een koekje een koekske, maarin het oosten een kuukske. Dat deel van onze regio doet namelijk mee met Oost-Brabant, waar de oe in veel verkleinwoorden zogeheten…

  • Woord van de week: rijere / raile / rèère

    Woord van de week: rijere / raile / rèère

    Het woord van week 50 is rijere · raile · rèère (bibberen; trillen; beven). Kijk op de kaart om erachter te komen hoe het woord in de verschillende plaatsen klinkt en waar het vandaan komt.

  • Dialectkaart: mij & mijn

    Dialectkaart: mij & mijn

    In de dialecten van de Langstraat gebruik je hetzelfde woord voor ‘mij’ en ‘mijn’, maar wélk woord dat precies is, verschilt enorm. Er zijn maar liefst vijf verschillende woorden voor: main, mijn, mèèn, meen en men. Op de kaart zie je in welke plaats welk van die woorden gebruikt wordt…

  • Uitdrukking van de week: herres en geuns / geens

    Uitdrukking van de week: herres en geuns / geens

    De uitdrukking van week 51 is herres en geuns / geens (heen en terug; heen en weer). Tijdens het Dialectcafé in Waspik op 18 november is herres en geuns verkozen tot mooiste Waspikse woord. Kijk op de kaart om erachter te komen wat waar gezegd wordt en waar de uitdrukking vandaan komt.

  • Woord van de week: bestuite / bestoite / bestèùte

    Woord van de week: bestuite / bestoite / bestèùte

    Het woord van week 50 is bestuite · bestoite · bestèùte (prijzen; complimenteren; ophemelen). Kijk op de kaart om erachter te komen hoe het woord in de verschillende plaatsen klinkt, wat het betekent en hoe je het in de verleden tijd zet.

  • Dialectkaart: ui & uien

    Dialectkaart: ui & uien

    Hoe herken je mensen uit Waspik, Raamsdonk en Raamsdonksveer? Aan hoe ze de ui-klank in hun dialect zeggen: oi. Het woord voor de ui die je kunt eten, is dan weer niet oi maar join – en dat is meteen ook het meervoud: Ik heb veul join gesneeje. In de…

  • Dialectkaart: kinderen

    Dialectkaart: kinderen

    Hoe herken je iemand uit Waalwijk? Aan hoe hij of zij kinderen in het dialect noemt: kijnder. En hoor je kèènder, dan heb je te maken met iemand uit Nieuwkuijk, Vlijmen of Haarsteeg. De rest van de Langstraat zegt kender – of jong natuurlijk! Meer weten over de Langstraatdialecten? Kijk…

Blog op WordPress.com.